woensdag 18 juni 2008

Godsdiensten


Vroeger in het oude Griekenland waren er heel andere Goden dan nu, Griekenland had er superveel maar de twaalf belangrijkste waren:
Afrodite, de Godin van de liefde en de schoonheid.
Apollo, de god van de zon het licht en de voorspoed.
Ares, de god van de oorlog.
Artemis, de god van de jacht en de bescherming van meisjes.
Athena, de godin van de wijsheid, kunst en de oorlog.
Demeter, de god van de landbouw en het graan.
Hefaistof, de god van het vuur en de smeden.
Hera, de godin van het huwelijk en de vrouw van Zeus.
Hermes de god van het platteland, bescherming, de reis en de boodschap.
Hestia, de godin van het gezin en het huis.
Poseidon, de god van de zee, aardbevingen, het paard en de stier.
Zeus, De oppergod en de god van de hemel.
Elke god heeft zijn eigen tempel.
Er waren ook offers tijdens feesten voor hun goden, bijvoorbeeld bij de god Demeter staken ze in het voorjaar biggen in de grond en haalde ze er in het najaar weer uit.
Maar nu is de godsdienst in Griekenland 98% Orthodox, dat betekent dat ze ook in god geloven maar dat ze veel strenger zijn dan de katholieke. Hun kruis is ook anders: bovenaan is er een kleine en dan een grote verticale streep, onderaan is er een kleine schuine streep.

Geen opmerkingen: